En soms wanneer mijn wekker afgaat,
Wanneer de dag weer naast mijn bed staat,
Wanneer de rust mijn lichaam verlaat,
Denk ik aan u.
Dan denk ik aan de mooie dingen,
Moet ik mijn tranen bedwingen,
Maar bovenal nog eens verzinnen.
Ogen gevuld vol met leven,
Ik zag ze maar even,
Maar dat is het mooiste wat u mij hebt gegeven,
Niet lang geleden.
Soms voelde het als jaren,
Terwijl het maar maanden waren,
Met zo veel schade.
Wanneer ik naar uw stoel kijk,
Wanneer ik van mijn pad afwijk,
Wanneer ik mijn hand uitreik,
Denk ik aan u.